Zwarte hemelpoort
Exposé
Sedert mijn eerste Hemelpoort-schilderij (1997) is er veel veranderd in mijn denken en schilderen over het christelijke geloof. Binnenkort kunt u hier een uitvoerigere inleiding lezen over dit nieuwe schilderij. Het schilderij "Zwarte hemelpoort" staat momenteel nog in de steigers.
Met dit schilderij wil ik iets van de ontoegankelijke souvereiniteit van de bijbelse Schepper proberen uit te drukken. Want volgens mij, had Paulus het in zijn "Brief aan de Romeinen" bij het juiste einde, toen hij schreef, dat de mens op basis van verstandelijk en intuitief overleg, zeer veel over Gods onzichtbare goddelijkheid en verhevenheid aanvoelt en in feite weten kan. Onze menselijke ervaring van het sublieme in de natuur en de sterrenhemel, ja van de scheppingswonderen tout court, weerspiegelt naar mijn ervaring, heel zeker iets van Gods visie én persoonlijkheid zelf. Net zoals we bij het zien van een kunstwerk onmiddellijk iets over de kunstenaar zelf verstaan en aanvoelen, zo tòònt en openbaart zich in de totaliteit van de wereldschepping eveneens iets objectiefs over de persoonlijkheid en het intelligent-voelende wezen van de Maker zelf, waarover we kunnen reflekteren.
Het is een mysterieuze paradox, dat de ontzagwekkendheid van de Schepper, voor ons mensen tegelijk zeer verborgen is en ook blijft, en we tegelijk daarover toch op een indirecte manier objectief inzicht in kunnen krijgen. Maar dan klaarblijkelijk hoofdzakelijk in de mate dat we dat persoonlijk ook willen en innerlijk/verstandelijk toelaten, en ons onbewust-intuitief verstaan niet gewoon afblokken en naast ons neer leggen. De Amerikaanse filosoof Alvin Plantinga heeft er al op gewezen, dat wàt we over de werkelijkheid willen aannemen en/of kiezen te denken, ook in hoge mate concreet bepààlt, inhoeverre we de werkelijkheid wel of niet redelijk (!) kunnen tegemoet treden en objectief leren kennen. Intelligentie op zich is geen garantie voor "redelijk denken" over wat absoluut waar en absoluut werkelijk is en mag heten. Sommige ongeschoolde mensen hebben meer wijsheid en een dieper inzicht in de werkelijkheid dan veel zogenaamd gecultiveerde mensen. Paulus zei dan ook in zijn "Brief aan de Romeinen" (hoofdstuk 1 vers 20), dat uiteindelijk geen enkele mens, geschoold of ook niet, na dit aardse leven en staande voor de Troon van de Levende, zal kunnen beweren "ik wist niet" van het bestaan van de Schepperspersòòn. Verkeerde denkbeelden kunnen tot een blinde vlek worden, waardoor we onszèlf en als cultuur steeds dieper misleiden. Wetenschappelijk onderzoek openbaart ons steeds dieper hoe planmatig en vooral ook specifiek intelligent het leven als geheel functioneert. En vooral ook, dàt heel dit organisme en eveneens al haar onderdelen absoluut nìet door "blind toeval" kunnen zijn ontstaan. Zeker voor een wetenschapper die zijn "redelijke hart" niet heeft prijsgegeven, wordt dit eigenste, intuitieve verstaan alleen nog maar mèèr evident. Namelijk dat onze wereld en kosmos een planmatige schepping is en een intelligente Schepperspersoon vooronderstelt. Wetenschapsonderzoek is een instrument dat niet neutraal is: Ware, objectieve kennisname op zich wordt òfwel tegengewerkt en onderdrukt (al dan niet onbewust weigert iemand iets onder ogen te zien), òf het wordt gewaardeerd en gefaciliteerd (hoe onaangenaam het nieuw-geleerde eventueel ook aanvoelt of lijkt te zijn) en in dat geval onderwerpt men zich er dan ook op een positief-bewuste manier aan. Want enkel zo, krijgen we als mens en groep steeds meer deel aan zowel onze menselijkheid en vinden steeds beter onze eigenste, vruchtbare plaats in de ons omringende werkelijkheid. Misbruik van kennis en technologie, net als het verwaarlozen of onteren van onze menselijkheid, het begint vaak allemaal heel klein, onschuldig of subtiel alreeds in het "beslissende hart" van de mens, vloeit dan zo of zo door in de groep en cultuur. De dommige bewering "Ik kan God niet zien, ben Hem tot nog toe ook nooit tegengekomen, dus zijn bestaan is volstrekt onzeker", is jammer genoeg een blinde vlek van jewelste voor veel mensen. Wat baat de uil een bril, als de uil niet zien wil? Om het nog anders te zeggen: De werkelijkheid van het leven laat op termijn geen domheid of onrijpheid zomaar straffeloos toe.
Naar mijn ervaring heeft de ontzagwekkendheid van de Schepper - en dit op elk denkbaar gebied, bv. zijn verbijsterende intelligentie als Creator! - voor ons mensen een overrompelend effekt. Ja, het kan zelfs allemaal tamelijk beangstigend overkomen. Deze ervaring van onze eigen menselijke "nietigheid" in het leven, maakt elke mens vroeg of laat. Sommige bijbelschrijvers hebben specifiek ook over dit soort ervaringen met Gods onmetelijke Wezen geschreven.
Duidelijk reageren wij mensen, eens we scherp geconfronteerd worden met deze "afschaduwingen" van Gods verhevenheid, steevast met vrees en eerbied (shock and awe!). Niet zonder reden is het in de bijbelse berichtgevingen vaak zo, dat engelen bij het visiteren van mensen op aarde, onmiddellijk geruststellende woorden moeten spreken, om alle opkomende, menselijke paniek wat tegen te gaan.
Anders dan mijn eerste Hemelpoort (1997), denk ik met deze nieuwe schildersversie specifiek na over het benauwende en beangstigende van dit soort "passage" tussen de aardse werkelijkheid en de hemelse realiteit.
Mijzelf is het, toen ik 23 jaar oud was, één keer overkomen, dat ik aan de lijve de vreeswekkendheid en de paniek ervaren heb, welke gepaard kan gaan tijdens een ontmoeting met bovennatuurlijke fenomenen. Onder andere deze doorleefde ervaring gaf en geeft mij toen en nu nog steeds een volstrekt nieuwe kijk op heel het bijbelse thema van Gods "vreeswekkendheid" en verhevenheid. En zeker onze westerse kunstcultuur heeft naar mijn gevoel dringend nood aan een bijkomende en intrinsieke verbreding van de huidige interessevelden. Onze hedendaagse kunsten blinken uit in het onderzoeken en reflecteren over "vorm". Veelkleurig vormonderzoek floreert vandaag tot in ongekende hoogten. Deels ligt dit juist ook daaraan, dat dit "vormspel" zich bewust dan wel onbewust verliest in meerduidigheid. Een meerduidigheid die op zich helemaal niet fout te noemen is, gezien kwalitatieve kunst juist lèèft op het scherp van de snede, aan de rand van alle metaforiek. Metaforiek als dat intuitieve speelveld waarbinnen we nieuwlichtende ervaringen en nieuwe inzichtelijkheid vormelijk-artistiek figuurlijk of letterlijk "zichtbaar en bewuster maken", concreter aanwezig stellen, verder uitdiepen. Maar het gaat dan vaak om een meerduidigheid die op kunstmatige manier min of meer ontkoppelt van de menselijke werkelijkheid zich opstelt. Alsof een èènzijdige reductie de menselijke nagestreefde onafhankelijkheid (ultiem zelfbeschikkingsrecht!), ja de verabsoluteerde "autonomie" van de mens over het totale leven zal helpen bewijzen. Wat dit betreft belichamen al te veel hedendaagse kunstenaars een negatief teveel aan wetenschappelijk-reductief denken.
Onderliggend - en in feite vaak op een verdoken manier - belichaamd veel meerduidig afgekapseld "vormonderzoek" in de hedendaagse kunstmoderne een reductief, agnostisch bewustzijn. Het ontbeert zeer vaak de wil en de moed om òòk de Scheppersvraag opnieuw te stellen of zelfs toe te laten. Het is een soort van zelfbeschermend mechanisme van de zogenaamd "moderne" mens. En wel omdat de filosofische en religieuze hoofdvragen in het leven - willen ze logisch-antithetisch redelijk zijn - slechts enkele denkwegen toelaten en deze opties elkaar in hun zinvolheid en consequenties bovendien redelijk want absoluut uitsluiten.
Het bijbelse grondmotief en de spiritualiteit van een personele Schepper en Vader, dàt fascineert me als kunstenaar meer dan alle andere grondantwoorden, die bij nader toezien, lege, want ten diepste zinledige en irrationele antwoorden geven en wat dat betreft onze menselijkheid en ons logisch bevragen in de steek laten. In mijn kunst, en specifiek met dit schilderij "Zwarte Hemelpoort" wil ik nadenken over hoe ik als bijbelgelovige met het ultieme, menselijk-mystieke spanningsveld omga: de toegankelijkheid én de ontoegankelijkheid van de Schepper als Persoon. Hemelpoort gaat over dit spanningsveld van leven en dood, van dood en opstanding, van weerzien en nieuw ontmoeten van de Creator...
Exposé
Sedert mijn eerste Hemelpoort-schilderij (1997) is er veel veranderd in mijn denken en schilderen over het christelijke geloof. Binnenkort kunt u hier een uitvoerigere inleiding lezen over dit nieuwe schilderij. Het schilderij "Zwarte hemelpoort" staat momenteel nog in de steigers.
Met dit schilderij wil ik iets van de ontoegankelijke souvereiniteit van de bijbelse Schepper proberen uit te drukken. Want volgens mij, had Paulus het in zijn "Brief aan de Romeinen" bij het juiste einde, toen hij schreef, dat de mens op basis van verstandelijk en intuitief overleg, zeer veel over Gods onzichtbare goddelijkheid en verhevenheid aanvoelt en in feite weten kan. Onze menselijke ervaring van het sublieme in de natuur en de sterrenhemel, ja van de scheppingswonderen tout court, weerspiegelt naar mijn ervaring, heel zeker iets van Gods visie én persoonlijkheid zelf. Net zoals we bij het zien van een kunstwerk onmiddellijk iets over de kunstenaar zelf verstaan en aanvoelen, zo tòònt en openbaart zich in de totaliteit van de wereldschepping eveneens iets objectiefs over de persoonlijkheid en het intelligent-voelende wezen van de Maker zelf, waarover we kunnen reflekteren.
Het is een mysterieuze paradox, dat de ontzagwekkendheid van de Schepper, voor ons mensen tegelijk zeer verborgen is en ook blijft, en we tegelijk daarover toch op een indirecte manier objectief inzicht in kunnen krijgen. Maar dan klaarblijkelijk hoofdzakelijk in de mate dat we dat persoonlijk ook willen en innerlijk/verstandelijk toelaten, en ons onbewust-intuitief verstaan niet gewoon afblokken en naast ons neer leggen. De Amerikaanse filosoof Alvin Plantinga heeft er al op gewezen, dat wàt we over de werkelijkheid willen aannemen en/of kiezen te denken, ook in hoge mate concreet bepààlt, inhoeverre we de werkelijkheid wel of niet redelijk (!) kunnen tegemoet treden en objectief leren kennen. Intelligentie op zich is geen garantie voor "redelijk denken" over wat absoluut waar en absoluut werkelijk is en mag heten. Sommige ongeschoolde mensen hebben meer wijsheid en een dieper inzicht in de werkelijkheid dan veel zogenaamd gecultiveerde mensen. Paulus zei dan ook in zijn "Brief aan de Romeinen" (hoofdstuk 1 vers 20), dat uiteindelijk geen enkele mens, geschoold of ook niet, na dit aardse leven en staande voor de Troon van de Levende, zal kunnen beweren "ik wist niet" van het bestaan van de Schepperspersòòn. Verkeerde denkbeelden kunnen tot een blinde vlek worden, waardoor we onszèlf en als cultuur steeds dieper misleiden. Wetenschappelijk onderzoek openbaart ons steeds dieper hoe planmatig en vooral ook specifiek intelligent het leven als geheel functioneert. En vooral ook, dàt heel dit organisme en eveneens al haar onderdelen absoluut nìet door "blind toeval" kunnen zijn ontstaan. Zeker voor een wetenschapper die zijn "redelijke hart" niet heeft prijsgegeven, wordt dit eigenste, intuitieve verstaan alleen nog maar mèèr evident. Namelijk dat onze wereld en kosmos een planmatige schepping is en een intelligente Schepperspersoon vooronderstelt. Wetenschapsonderzoek is een instrument dat niet neutraal is: Ware, objectieve kennisname op zich wordt òfwel tegengewerkt en onderdrukt (al dan niet onbewust weigert iemand iets onder ogen te zien), òf het wordt gewaardeerd en gefaciliteerd (hoe onaangenaam het nieuw-geleerde eventueel ook aanvoelt of lijkt te zijn) en in dat geval onderwerpt men zich er dan ook op een positief-bewuste manier aan. Want enkel zo, krijgen we als mens en groep steeds meer deel aan zowel onze menselijkheid en vinden steeds beter onze eigenste, vruchtbare plaats in de ons omringende werkelijkheid. Misbruik van kennis en technologie, net als het verwaarlozen of onteren van onze menselijkheid, het begint vaak allemaal heel klein, onschuldig of subtiel alreeds in het "beslissende hart" van de mens, vloeit dan zo of zo door in de groep en cultuur. De dommige bewering "Ik kan God niet zien, ben Hem tot nog toe ook nooit tegengekomen, dus zijn bestaan is volstrekt onzeker", is jammer genoeg een blinde vlek van jewelste voor veel mensen. Wat baat de uil een bril, als de uil niet zien wil? Om het nog anders te zeggen: De werkelijkheid van het leven laat op termijn geen domheid of onrijpheid zomaar straffeloos toe.
Naar mijn ervaring heeft de ontzagwekkendheid van de Schepper - en dit op elk denkbaar gebied, bv. zijn verbijsterende intelligentie als Creator! - voor ons mensen een overrompelend effekt. Ja, het kan zelfs allemaal tamelijk beangstigend overkomen. Deze ervaring van onze eigen menselijke "nietigheid" in het leven, maakt elke mens vroeg of laat. Sommige bijbelschrijvers hebben specifiek ook over dit soort ervaringen met Gods onmetelijke Wezen geschreven.
Duidelijk reageren wij mensen, eens we scherp geconfronteerd worden met deze "afschaduwingen" van Gods verhevenheid, steevast met vrees en eerbied (shock and awe!). Niet zonder reden is het in de bijbelse berichtgevingen vaak zo, dat engelen bij het visiteren van mensen op aarde, onmiddellijk geruststellende woorden moeten spreken, om alle opkomende, menselijke paniek wat tegen te gaan.
Anders dan mijn eerste Hemelpoort (1997), denk ik met deze nieuwe schildersversie specifiek na over het benauwende en beangstigende van dit soort "passage" tussen de aardse werkelijkheid en de hemelse realiteit.
Mijzelf is het, toen ik 23 jaar oud was, één keer overkomen, dat ik aan de lijve de vreeswekkendheid en de paniek ervaren heb, welke gepaard kan gaan tijdens een ontmoeting met bovennatuurlijke fenomenen. Onder andere deze doorleefde ervaring gaf en geeft mij toen en nu nog steeds een volstrekt nieuwe kijk op heel het bijbelse thema van Gods "vreeswekkendheid" en verhevenheid. En zeker onze westerse kunstcultuur heeft naar mijn gevoel dringend nood aan een bijkomende en intrinsieke verbreding van de huidige interessevelden. Onze hedendaagse kunsten blinken uit in het onderzoeken en reflecteren over "vorm". Veelkleurig vormonderzoek floreert vandaag tot in ongekende hoogten. Deels ligt dit juist ook daaraan, dat dit "vormspel" zich bewust dan wel onbewust verliest in meerduidigheid. Een meerduidigheid die op zich helemaal niet fout te noemen is, gezien kwalitatieve kunst juist lèèft op het scherp van de snede, aan de rand van alle metaforiek. Metaforiek als dat intuitieve speelveld waarbinnen we nieuwlichtende ervaringen en nieuwe inzichtelijkheid vormelijk-artistiek figuurlijk of letterlijk "zichtbaar en bewuster maken", concreter aanwezig stellen, verder uitdiepen. Maar het gaat dan vaak om een meerduidigheid die op kunstmatige manier min of meer ontkoppelt van de menselijke werkelijkheid zich opstelt. Alsof een èènzijdige reductie de menselijke nagestreefde onafhankelijkheid (ultiem zelfbeschikkingsrecht!), ja de verabsoluteerde "autonomie" van de mens over het totale leven zal helpen bewijzen. Wat dit betreft belichamen al te veel hedendaagse kunstenaars een negatief teveel aan wetenschappelijk-reductief denken.
Onderliggend - en in feite vaak op een verdoken manier - belichaamd veel meerduidig afgekapseld "vormonderzoek" in de hedendaagse kunstmoderne een reductief, agnostisch bewustzijn. Het ontbeert zeer vaak de wil en de moed om òòk de Scheppersvraag opnieuw te stellen of zelfs toe te laten. Het is een soort van zelfbeschermend mechanisme van de zogenaamd "moderne" mens. En wel omdat de filosofische en religieuze hoofdvragen in het leven - willen ze logisch-antithetisch redelijk zijn - slechts enkele denkwegen toelaten en deze opties elkaar in hun zinvolheid en consequenties bovendien redelijk want absoluut uitsluiten.
Het bijbelse grondmotief en de spiritualiteit van een personele Schepper en Vader, dàt fascineert me als kunstenaar meer dan alle andere grondantwoorden, die bij nader toezien, lege, want ten diepste zinledige en irrationele antwoorden geven en wat dat betreft onze menselijkheid en ons logisch bevragen in de steek laten. In mijn kunst, en specifiek met dit schilderij "Zwarte Hemelpoort" wil ik nadenken over hoe ik als bijbelgelovige met het ultieme, menselijk-mystieke spanningsveld omga: de toegankelijkheid én de ontoegankelijkheid van de Schepper als Persoon. Hemelpoort gaat over dit spanningsveld van leven en dood, van dood en opstanding, van weerzien en nieuw ontmoeten van de Creator...
Copyright Artborne Erdeborn 2018